Kijk in een verborgen wereld
Documentaires van jonge Vlaamse makers op filmfestival
Brussel
Van onze medewerker
BRUSSEL - Het Europees Filmfestival van Brussel
presenteert morgen met warm enthousiasme de eerste drie documentaires die
voortkomen uit de ateliers van het Vlaams Audiovisueel Fonds. De films zijn
mooi, de onderwerpen niet gemakkelijk: de totstandkoming van een
theatervoorstelling in een psychiatrische instelling, een antropologische
tramrit door Brussel en een genuanceerd portret van drie gedetineerde vrouwen in
de gevangenis van Gent.
HET Vlaams
Audiovisueel Fonds (Vaf) onder leiding van Luckas Vander Taelen is meer dan een
verdeler van subsidies voor langspeelfilms. De beheersovereenkomst voorziet
onder meer ook in de ontdekking en begeleiding van nieuw talent. Vandaar dat het
Vaf ateliers animatie, documentaire, experimentele mediakunst, scenario en
fictie organiseert.
Het eerste atelier documentaire stond
onder leiding van de Brusselse documentairemaker Roger Beeckmans, die zelf de
knepen van het vak leerde bij de RTBF. Uit een dertiental projecten werden er
vier geselecteerd. Eentje moet nog afgewerkt worden, 1001 Roze nachten
van Saddie Choua. De andere drie vindt Jan De Clercq schitterend en hij is
behalve filmverdeler ook de samensteller van het programma van het Europees
Filmfestival. Het festival van Brussel, dat plaatsvindt in Flagey, stelt de drie
documentaire films een eerste keer morgen voor tijdens de Vaf-avond, en een
tweede keer zaterdag.
Wat verscheidenheid betreft, zit het
met de nieuwe generatie documentairemakers wel snor. Drie vrouwen , Je
ne voyage pas, je rêve en 1 rit - voyage zijn onderling sterk
verschillend - op de intentie na om ook het oog wat te gunnen. Zonder dat het
uitmondt in een nefast ,,kijk eens wat ik op school allemaal heb geleerd'',
hebben de makers aandacht voor de verpakking.
Het meest in
een (geslaagde) stijloefening blijven steken is Steven Schoukens met 1 rit -
voyage . Gedurende één dag reisde hij mee met tram 18 in Brussel, een lijn
met een 18 kilometer lang traject dat het Atomium verbindt met het Koninklijk
Meteorologisch Instituut en onderweg een paar vurige buurten aandoet. Schoukens
laat de beelden voor zich spreken en richt de camera op een stoet passagiers die
bewijst dat heterogeen Brussel geen thema meer is voor een debatavond, maar een
werkelijkheid.
Je ne voyage pas, je rêve van Micha
Pletinckx en Tone De Cooman is het verslag van een theaterproject in het
Brussels psychiatrisch verzorgingstehuis Ter Kameren. Gedurende een jaar werkte
Tone De Cooman met een twintigtal bewoners aan de theatervoorstelling Plus
aveugle que prévu , een vrije tweetalige, multimediale bewerking van Les
aveugles van Maurice Maeterlinck. De documentaire had een beetje opsmuk
kunnen gebruiken, de off-screen stem had beter gekund en af en toe is de
belichting een probleem. Maar wat we vooral onthouden, is dat Pletinckx en De
Cooman uit hun uren beeldmateriaal een sterke documentaire destilleerden die in
65 minuten tijd je angst en vooroordelen jegens gestoorde mensen wegneemt.
Samen met de theaterregisseur raakt de kijker bevriend met
de bewoners. Een geblinddoekte Marcel die klaagt dat hij niets ziet en terecht
tegenpruttelt als hij een blinde wordt genoemd, is grappig. Zo ook de bewoner
die zelf woorden in elkaar knutselt - zoals een ,,ingeboeide'' reportage - en
een paar dagen na de première van het theaterstuk al niet meer weet waar het
over ging. Het compenseert de hardere momenten waarin bewoners brutaal wakker
geschud worden uit hun dromen.
ACHTER de simpelste titel
gaat de beste en ook de meeste journalistieke documentaire schuil. In Drie
vrouwen toont Kristof Bilsen, net als De Cooman en Pletinckx, een verborgen
wereld. Hij interviewde drie vrouwen die voor langere tijd vastzitten in de de
vrouwengevangenis van Gent. Ze zijn veroordeeld voor overval met dodelijke
afloop, partnermoord en babymoord. De behoefte aan seks en intimiteit,
ontsnappingsplannen, dromen van de vrije wereld, de vreselijke misdaden: Bilsen
gaat geen enkel gevoelig onderwerpen uit de weg. Maar in plaats van de sensatie
op te zoeken, stelt hij de drie zware gedetineerden aan de kijker voor als
Ankje, Yoko en Nikki: drie mensen die voelen, dromen en denken. Tegelijk
overstijgt hun getuigenis het persoonlijke en krijg je een akelig goed idee van
de microkosmos die de zware toegangspoort aan het oog van de voorbijganger
onttrekt. Een wereld waar de deur geen klink heeft, eenzaamheid je in zijn macht
heeft en op de duur ook dromen afgenomen worden.
De
documentaire bestaat bijna uitsluitend uit zogenaamde talking heads ,
pratende hoofden, en veel variatiemogelijkheden in het decor waren er uiteraard
niet. Maar Bilsen deed wonderen met de weinige middelen die hij ter beschikking
had om de documentaire visueel aantrekkelijk te houden en het tempo erin te
houden.
Talent heeft het Vaf gevonden, nu nog de verdere
ontbolstering begeleiden.
De drie documentaires zijn te
zien op het Europees Filmfestival van Brussel op woensdag 6 juli om 19.30 uur en
op zaterdag 9 juli om 14.30 uur, telkens in Flagey. Info:
www.fffb.be
05/07/2005
Niels Ruël
©Copyright De Standaard